In de verte, een lint van duisternis
Uitgestrekt tot waar er geen weg terug meer is een absurd idee op een winderig veld
Alleenstaand, mijn zintuigen lieten het afweten
Een dodelijke aantrekkingskracht houdt mij in haar macht
Hoe kan ik aan deze onweerstaanbare greep ontsnappen
Ik kan mijn ogen niet van de ronddraaiende hemel afhouden sprakeloos en gek
Gewoon een aan de grond gekluisterde mislukkeling, ik
IJs vormt zich op de uiteinden van mijn vleugels in de wind geslagen waarschuwingen
Ik dacht dat ik aan alles gedacht had geen navigator om mijn weg terug te vinden
Ontladen, leeg en in steen veranderd
Een voornemen van de ziel, dat is het om te leren vliegen
Door omstandigheden aan de grond gehouden maar vastbesloten om het te proberen
Ik kan mijn ogen niet van de ronddraaiende hemel afhouden
Sprakeloos en gek
Gewoon een aan de grond gekluisterde mislukkeling, ik
Boven de planeet met slechts mijn vleugels en een gebed en mijn smoezelige hallo
Een nevelig spoor in de lege lucht langs de wolken zie ik mijn schaduw vliegen
Uit mijn tranende ooghoek
Een droom, niet bedreigd door het ochtendlicht
Zou deze ziel dwars door het dak van de nacht kunnen blazen
Er is geen gevoel hiermee vergelijkbaar schijndood, een gevoel van ultiem geluk
Ik kan mijn ogen niet van de ronddraaiende hemel afhouden
Sprakeloos en gek
Gewoon een aan de grond gekluisterde mislukkeling, ik
Terwijl de dageraad steekt
Waar de sprakelozen samenkomen
De ochtendmist gloeit, het water stroomt
De eindeloze rivier
Voor eeuwig en altijd