Roodborst (Erithacus rubecula)
Foto: Vleminckx Francois
Nikon D500 + Nikon AF-S200-500mm f/5.6E VR ED
Brandpuntsafstand: 500mm, 750 mm bij 35mm
ISO 2500
Sluitertijd: 1/400 sec.
Diafragma: f/5.6
Roodborst (Erithacus rubecula)
Foto: Vleminckx Francois
Nikon D500 + Nikon AF-S200-500mm f/5.6E VR ED
Brandpuntsafstand: 500mm, 750 mm bij 35mm
ISO 2500
Sluitertijd: 1/400 sec.
Diafragma: f/5.6
Nikon is verheugd het uitbrengen van Webcam Utility te kunnen aankondigen, een softwareprogramma waarmee systeemcamera's en digitale SLR-camera's van Nikon als webcam kunnen worden gebruikt. De software is gratis, compatibel met Windows- en macOS-computers en vanaf vandaag beschikbaar.
De introductie van Webcam Utility is een reactie op de toenemende vraag naar webcams nu online vergaderingen steeds vaak voorkomen. Dankzij de software kunnen gebruikers profiteren van de superieure beeldkwaliteit van hun bestaande compatibele Nikon-camera. Door de software eenvoudig op een computer te installeren en de camera via een USB-kabel aan te sluiten, kunnen gebruikers hun camera als webcam van hoge kwaliteit gebruiken.
Meer details vind je in het Downloadcentrum van Nikon.
Ondersteund besturingssysteem
Windows 10 (64-bits)
macOS-versies 10.13, 10.14, 10.15
Compatibele camera's
Z 7II, Z 7, Z 6II, Z 6, Z 5, Z 50, D6, D5, D850, D810, D780, D750, D500, D7500, D7200, D5600, D5500, D5300, D3500
Toekomstige systeemcamera's en digitale SLR-camera's van Nikon zullen volgens planning ook compatibel zijn met deze nieuwe softwaretoepassing.
* Windows is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en andere landen.
* macOS is een handelsmerk van Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen.
* Andere in dit document genoemde handelsnamen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
Natuurpunt roept op om voorzichtig te zijn met het voederen van tuinvogels, om de verspreiding van het vogelgriepvirus te beperken. "Gebruik je gezond verstand: als je pluimvee hebt, vermijd dan om grote aantallen vogels te lokken", vertelt vogelexpert Gerald Driessens. Vandaag/donderdag werden in een pluimveebedrijf in Menen nog verschillende besmettingen vastgesteld met het virus.
Eind deze
week voorspelt het KMI mogelijk nachtvorst, dat is klassiek het signaal om
tuinvogels wat intensiever te gaan voederen.
Maar
volgens Natuurpunt moeten we daar dit jaar extra mee opletten, zeker mensen die
bijvoorbeeld kippen hebben. De kans op een uitbraak van het H58N-virus is dan
ook een stuk groter voor pluimvee dan voor wilde vogels, vanwege hun beperktere
immuniteit en de vaak grote aantallen die samen in gesloten ruimtes gehouden
worden.
Opletten
"Voederen
kan nog, maar volg de logica: heb je zelf pluimvee of hebben je buren
bijvoorbeeld een kippenren in de tuin, vermijd dan om grote aantallen vogels
aan te lokken”, vertelt vogelexpert Gerald Driessens. "Beperk het voederen
in dat geval zodat de tuinvogels niet in contact kunnen komen met het pluimvee.
Als dit niet te vermijden is, bied je best geen voedsel aan aan wilde vogels.”
Natuurpunt
vraagt ook om eerder voedersilo’s, pindasnoeren en vetbollen voor kleine
zangvogels te gebruiken, die worden veel minder rondgedragen door de tuin dan
gestrooid voedsel. Het voedsel komt zo ook minder in contact met uitwerpselen.
Water dient ook regelmatig ververst te worden en het voedsel van de vorige
voederbeurten moet zoveel mogelijk weggenomen worden, ook als er geen pluimvee
in de buurt is.
Ophokplicht
Twee weken
geleden werd vogelgriep vastgesteld bij drie wilde vogels in een
vogelopvangcentrum in Oostende. Daarom geldt in heel het land een ophokplicht,ook voor particulieren. Vorige week stond de teller van het aantal besmettingen
in ons land al op tien. Vandaag/donderdag werden in een pluimveebedrijf in
Menen nog verschillende besmettingen vastgesteld.
Wie een
verhoogde sterfte of een ander symptoom van ziekte vaststelt, moet onmiddellijk
een dierenarts contacteren. Mensen die in de natuur een dode wilde (water)vogel
opmerken, wordt gevraagd om dit te melden via het gratis telefoonnummer
0800/99.777.
Jan Fieuw tussen zijn en werk ‘War Faces”: “Ik werk heel graag met materiaal waar een verhaal achter zit.”
Herdenkingskunstenaar
Jan Fieuw geeft oude houten treinpalen een ‘soldatengezicht’: “Ik hoop de Queen
een exemplaar te kunnen geven”
Kunstenaar
Jan Fieuw (45) uit Poelkapelle werkt aan een nieuw prestigieus project. Met
‘Faces of War’ geeft hij houten palen, afkomstig uit smalsporen, een gezicht.
In totaal maakt hij 129 exemplaren, een voor elk land dat bij WO I betrokken
raakte. “Ik hoop een paal in handen van de Queen te kunnen te geven.”
“Een hobby?
Ik kan dat woord niet horen. Wat ik doe heeft niets met een hobby te maken. Dit
is een passie, een levenswerk.” Jan Fieuw is een man met een missie. Hij is al
langer bezig met ‘A Message in a Poppy’ waarbij hij klaprozen maakt met restjes
oorlogsmunitie, een tastbaar eerbetoon voor familie van gesneuvelde soldaten.
Zijn werk kreeg al heel wat aandacht in het buitenland. Hij kreeg zelfs al een
bedanking van de Queen en haar man en hij trok naar Australië om over zijn werk
te spreken. Naast ‘A Message in a Poppy’ maakt Jan kunst met steen, linodruk en
materialen uit de oorlog.
Krijgsgeweld
Al even
broedde hij op een andere project: ‘Faces of War. “Ik wou echt eens kunst maken
met mijn handen”, vertelt Jan. “Tijdens een project vroeg ik een boer mij het
verhaal te vertellen van de houten palen die in de grond steken. Het bleek te
gaan om hout van smalsporen uit WO I (een smalspoor had een kleinere breedte
dan een normaal spoor, nvdr). “Eenmaal het krijgsgeweld was afgelopen, kwamen
de boeren terug naar huis, maar ze hadden niets om opnieuw te beginnen. Het
enige wat ze terugvonden was het hout van de sporen die door de velden liepen.
Dat recupereerden ze en ze zetten er hun weiden mee af.”
Jan vond
het zonde om dat hout te laten wegrotten en geeft het met zijn kunstproject
‘Faces of War’ een nieuw leven. “En de boer is blij dat hij het kwijt raakte,
want hij mag het niet naar het containerpark dragen.” De kunstenaar zette zich
aanvankelijk aan het werk in zijn garage, maar zijn vrouw verwees hem
vriendelijk maar kordaat naar de tuin.
Tot 16 uur
werk per paal
In totaal
maakt Jan 129 exemplaren van zijn ‘Faces of War’. “Dat getal verwijst naar het
aantal landen dat in WO I betrokken was.” De veertiger maakt de palen eerst
volledig schoon en beitelt er dan een gezichtje in. Die gezichtjes symboliseren
een soldaat. Je treft geen nationaliteit of vlag op de palen, alles blijft
neutraal. “Voor mij is elke soldaat dezelfde.” De herdenkingskunstenaar laat
alle zaken die in het hout zijn geraakt gewoon zitten. “Er zijn palen met
stukjes elektrische draad, kogels, loodjes, noem maar op. Om een paal volledig
in orde te plaatsen, vergt het tussen de 8 en de 16 uur. Alles wordt met de
hand tot in de kern van het hout schoongemaakt.”
Jan ging
zijn werk voorstellen aan Willem Vermandere, die hij een beetje kent. “Het deed
deugd te horen dat Willem er zich volledig in kan vinden. Dat gaf me moed om
verder te doen.” De artiest wil met zijn project verschillende doelen bereiken.
“Waar de palen uiteindelijk terecht zullen komen, dat weet ik nog niet. De
eerste stap is in ieder geval al gezet en die is niet min. Ik kreeg groen licht
om het kunstwerk op te stellen pal voor het Memorial Museum in Passendale.
Directeur Steven Vandenbussche heeft voor mij gepleit en kreeg het
gemeentebestuur over de schreef. Normaal zou het de bedoeling zijn om op Anzac
Day, 25 april, de tentoonstelling te openen. Ik zou echter graag hebben dat de
Australiërs, Canadezen, Britten, Nieuw-Zeelanders en Amerikanen dit kunnen
bekijken, naast Belgen, Fransen en Duitsers. Iedereen vocht voor zijn vaderland
en zijn vrijheid. Corona is de onzeker factor in het verhaal. In ieder geval
hoop ik met het project nog naar Diksmuide, de Somme en Engeland te trekken.
Mijn droom is om persoonlijk een paal in de handen van de Britse koningin te
geven.”
Jan merkt nog op dat hij zijn ‘Faces of War’ niet alleen kan afwerken. “Gelukkig krijg ik wat hulp. Zo deed Dominiek Dendooven van het In Flanders Fields Museum het opzoekwerk voor mij en is Franky De Keersmaecker mijn rechterhand in het project. Ook Steven Vandenbussche van het museum in Passendale moet ik bedanken. En natuurlijk ben ik mijn echtgenote, kinderen, familie en vrienden heel dankbaar om het met mij uit te houden en mij te steunen.”
Meer info via.https://www.fieuwjan.com/
Wapenstilstand WO I 11-11-1918 'opdat we het niet vergeten'.
In Vlaanderens velden
Vorige
maand zijn de werkzaamheden voor het biodiversiteitsproject ‘Bovy onthaalpoort
voor mens en boomkikker’ afgerond. Een aantal ingrepen moest Domein Bovy in
Heusden-Zolder omvormen tot een perfecte biotoop voor de boomkikker.
De
boomkikker was jarenlang een bedreigde soort, vooral ook door de droogte, maar
de jongste jaren worden er weer veel gespot in het gebied van De Wijers. Onder
meer dus ook op Domein Bovy en omgeving. Daar is nu de centrale vijver
aangepast. Bij het vullen kunnen er geen vissen meer in de vijver terechtkomen,
de boomkikker heeft immers zuiver, visvrij water nodig om zich te kunnen
voortplanten. Ook de randen van de bossen zijn verjongd, de dichte bomen zijn
verwijderd en vervangen door honderden kamperfoelieplantjes. Die geven dan weer
de kleine ijsvogelvlinder een duwtje in de rug.
Gedeputeerde
voor Leefmilieu en Natuur, Bert Lambrechts (N-VA): “Met dit project willen we
niet alleen het leefgebied van de boomkikker in Domein Bovy uitbreiden maar ook
de bezoeker van De Wijers de kans geven om deze iconische soort te spotten.
Door de uitgevoerde werken kunnen ook tal van andere dieren profiteren van de
aangelegde nieuwe habitat en de verbeterde waterkwaliteit.” De kruiden in de bosrand
zullen insecten aantrekken en die zijn op hun beurt voedsel voor verschillende
vogels, amfibieën en zoogdieren.
Dirk
Reynders
De Red Dot Design Award is een internationale ontwerpwedstrijd die meer dan 6.500 inzendingen vanuit 60 verschillende landen ontvangt.
(Foto's Nikon Z50 + Nikkor Z DX 16-50 mm)
In de
provincie Antwerpen gaan steriele stierkikkers massaal worden verspreid om de
reproductieaantallen van de soort te doen dalen. Een wereldprimeur die de
provincie Antwerpen mee financieel ondersteunt. De stierkikkers zorgen al
langer voor problemen in de vallei van de Grote Nete. “Ze zijn heel luid,
slecht voor onze biodiversiteit en eten alles wat ze tegenkomen”, vertelt Mieke
Hogewijs van het provinciebestuur bij Radio 2 Antwerpen.
De
Amerikaanse stierkikker is een invasieve exoot die zich thuisvoelt in de
Vlaamse wateren en hier geen natuurlijke vijanden heeft, zegt Mieke Hogewijs.
“Een stierkikker is een heel grote kikker die hier origineel niet leeft. De
kikker heeft ook een zeer typisch lawaai. Het geluid is vergelijkbaar met een
loeiende koe of stier, vandaar ook de naam.” De stierkikker komt meestal in
geïsoleerde populaties voor en dat vooral in Hoogstraten, Arendonk en
Kasterlee. “Ze komen voor in de Grote Nete en al de vijvers daarlangs. Dus van
Lier tot Balen. Daar zijn heel veel vijvers, die allemaal besmet zijn met de
stierkikkers”, vertelt Hogewijs.
De
provincie Antwerpen is de stierkikker liever kwijt dan rijk. “Het is een soort
met een grote impact op onze inheemse amfibieën, want onze eigen kikkers en
salamanders worden door hen opgegeten. Het is een heel vraatzuchtige kikker,
wat een probleem is voor onze biodiversiteit. Eigenlijk eet hij alles wat in
zijn mond past, dus ook zeldzame soorten worden soms opgegeten, zoals libellen.
Maar ook kleine vogeltjes eet hij graag”, vertelt Hogewijs. “Ook draagt de
soort vaak schimmels mee. Daar hebben ze zelf geen last van, maar onze inheemse
amfibieën wel. ”
Verwarring
creëren in de kikkerpopulatie
"De
traditionele bestrijding met fuiken werkt niet meer voldoende en de stierkikker
blijft zich maar voortplanten en verspreiden. De Hogeschool PXL heeft nu een
techniek ontwikkeld om die sterke populatiegroei in te perken. Steriele, dus
onvruchtbare, stierkikkers worden uitgezet en gaan met elkaar concurreren. De
kikkers gaan met elkaar willen paren, maar door de onvruchtbare kikkers is het
onmogelijk om voort te planten. In de kikkerpopulatie gaat er zo verwarring
ontstaan. We 'foppen' eigenlijk de dieren om op een duurzame manier aan een
populatiestop te doen zonder chemische middelen te gebruiken”, aldus Hogewijs.