De kerk valt op door de koepelvormige top van de toren, die de bijnaam "Dikkop" draagt. Onder het koor van de kerk bevindt zich een romaanse crypte uit de 11e eeuw. Deze crypte is de begraafplaats van Adela van Mesen en is sinds 1939 een beschermd monument.
Tijdens de 19e eeuw bleef Mesen
een betrekkelijk onbetekenende plaats. In de Eerste Wereldoorlog komt het
stadje in het oog van de storm te liggen. De frontgemeente ligt op een
strategische hoogte, de heuvelrug van Mesen – “Messines Ridge” – domineert duidelijk
de lager gelegen omgeving. Er werd dan ook hevige strijd geleverd om de
heuvelrug, die met tal van tunnels en militaire versterkingen versterkt was:
Op 1 november 1914 werd Mesen,
na zware beschietingen, door de Duitsers bezet.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog
werd de kerk vernield. Koerier Adolf Hitler maakte een waterverfschilderij en
verschillende tekeningen van de verwoeste kerk. Het puin bleef liggen tot 1923.
.jpg)
Ze gebruikten de plek even als klein hospitaal en zo kwam Hitler er terecht voor verzorging in het begin van de Eerste Wereldoorlog. Voor het helpen van medesoldaten kreeg hij een medaille.
Daarna barstte de Tweede Slag om Mesen los (de Mijnenslag van 14-17 juni 1917) en het tot ontploffing brengen door de Geallieerden van 19 dieptemijnen, met een totale lading dynamiet van bijna 500.000 kg. en werd Mesen door Nieuw-Zeelandse troepen heroverd.
Vanaf april tot 28 september 1918 kwam Mesen, vanwege het Lenteoffensief, weer in Duitse handen, maar in november van dat jaar werd Mesen bevrijd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten