Brakwater: Dit is water met een ander zoutgehalte dan zoet of zeewater. Men onderscheidt oligohalien of zwak brak (saliniteit van 0,3 - 3 chloorionen per liter), mesohalien of brak (3 - 10 chloorionen per liter) en polyhalien of sterk brak (10 - 17 chloorionen per liter) water. Brakwater komt voor in mengzones, bij de overgang van zoetwater naar zeewater, bijvoorbeeld in estuaria. Deze overgangswateren zijn beïnvloed door de getijdenwerking en gekenmerkt door een relatief laag zoutgehalte.
Soortelijk gewicht: is het gewicht van het water ten opzichte van gedestilleerd water. Het kan gemakkelijk gemeten worden met een soortelijk gewicht meter.
Dichtheid: Degene die een zee- brakwateraquarium bezit, moet regelmatig de dichtheid controleren. Daartoe dient een areometer. Een liter zeewater weegt 1,024 - 1,029 kg. Bij de opgave van de dichtheid worden slechts de laatste twee getallen, achter de komma, genoemd. In het voorbeeld bedraagt de dichtheid dus 24-29. Hoe hoger de dichtheid, des te hoger is het zoutgehalte; hoe lager de dichtheid, des te lager is het. Gedistilleerd water heeft dus een dichtheid van 00.
Men zal zeewater van 26 °C op een dichtheid van 21, zeewater van 22 °C op 23 en zeewater van 18 °C op 25 instellen. Een dichtheid van 1024 kg/m3 bij 25 'C komt dan overeen met ca. 54,23 mS.
Men zal zeewater van 26 °C op een dichtheid van 21, zeewater van 22 °C op 23 en zeewater van 18 °C op 25 instellen. Een dichtheid van 1024 kg/m3 bij 25 'C komt dan overeen met ca. 54,23 mS.
Saliniteit :is de hoeveelheid opgelost zout in een hoeveelheid water. Er zijn verschillende manieren waarop de saliniteit kan worden aangegeven, vaak gebeurt dit met de eenheid g/kg (gram zout per kilogram water) of in procenten (1% is 10 gram zout per kilogram water) of promilles. Ook wordt wel de eenheid PSU (practical salinity unit) gebruikt. De saliniteit van water kan met behulp van een salinometer bepaald worden. Verschillen in saliniteit worden in de oceanografie gebruikt om verschillende watermassa's en zeestromingenn te bepalen.
Zoet water heeft een saliniteit van minder dan 0,1%, de gemiddelde saliniteit van oceaanwater ligt rond de 3,5%. Een fysiologische zoutoplossing heeft een saliniteit van 0,9%.Zeewater is het water in de oceanen, dit wordt wel euhalien water genoemd. De saliniteit van euhalien water is 30 tot 35. Brak water heeft een saliniteit tussen 0,5 en 29 en metahalien water heeft een saliniteit van 36 tot 40.
Natuurlijk zeewater heeft een saliniteit van 35 ppt of 1.025.Voor een brakwateraquarium tussen 1.002 en 1.020
Voor een zeeaquarium tussen 1.023 en 1.026.Hoge temperatuur en verdamping verhogen de saliniteit.Toevoegen van water en regen verlaagt de saliniteit.
Zoet water heeft een saliniteit van minder dan 0,1%, de gemiddelde saliniteit van oceaanwater ligt rond de 3,5%. Een fysiologische zoutoplossing heeft een saliniteit van 0,9%.Zeewater is het water in de oceanen, dit wordt wel euhalien water genoemd. De saliniteit van euhalien water is 30 tot 35. Brak water heeft een saliniteit tussen 0,5 en 29 en metahalien water heeft een saliniteit van 36 tot 40.
Natuurlijk zeewater heeft een saliniteit van 35 ppt of 1.025.Voor een brakwateraquarium tussen 1.002 en 1.020
Voor een zeeaquarium tussen 1.023 en 1.026.Hoge temperatuur en verdamping verhogen de saliniteit.Toevoegen van water en regen verlaagt de saliniteit.
Geleidbaarheid (conductivity) is het vermogen van zoutwater om de stroom te geleiden. Het is een snelle en nauwkeurige meting. Een salinometer is een meetinstrument dat het zoutgehalte meet van een oplossing. In het Engels worden ze ook wel "conductivity meters" genoemd, geleidbaarheidsmeters. De aanwijzing van dergelijke meters vindt vaak in Siemens(µ) plaats.
In zoetwater is de geleidbaarheid laag en wordt er in microSiemens gemeten. In brakwater is de geleidbaarheid hoger en wordt er in milliSiemens gemeten. Omdat er zo'n mooie relatie is tussen het zoutgehalte en de geleiding wordt bij zee-en brakwateraquarianen het zoutgehalte (saliniteit) van het water gecontroleerd met een geleidingsmeter. Om waarden, die in verschillende temperaturen werden gemeten te kunnen vergelijken, worden factoren ingevoerd, waarmee het geleidend vermogen (ook wel geleidbaarheid genoemd) wordt vermenigvuldigd.
Deze factoren zijn als volgt:
15 °C, factor 1,07
18 °C, factor 1,00
20 °C, factor 0,96
25 °C, factor 0,86
28 °C, factor 0,79
In zoetwater is de geleidbaarheid laag en wordt er in microSiemens gemeten. In brakwater is de geleidbaarheid hoger en wordt er in milliSiemens gemeten. Omdat er zo'n mooie relatie is tussen het zoutgehalte en de geleiding wordt bij zee-en brakwateraquarianen het zoutgehalte (saliniteit) van het water gecontroleerd met een geleidingsmeter. Om waarden, die in verschillende temperaturen werden gemeten te kunnen vergelijken, worden factoren ingevoerd, waarmee het geleidend vermogen (ook wel geleidbaarheid genoemd) wordt vermenigvuldigd.
Deze factoren zijn als volgt:
15 °C, factor 1,07
18 °C, factor 1,00
20 °C, factor 0,96
25 °C, factor 0,86
28 °C, factor 0,79
Meet men dus in een temperatuur van 25 °C een geleidend vermogen van 450, dan is de werkelijke waarde 450 x 0,79 = 355 µS
Getallen:
· 550 mg zuiver keukenzout per liter gedestilleerd water geeft een geleidbaarheid van 1000 µS
· Zuiver water met een pH van 4 ca. 40 µS
· Zuiver water met een pH van 3 ca 400 µS
· 1DH ca 50 µS
Voorbeelden van geleidbaarheid:
· Gezelschapsaquarium : 200-1000 µS
· Brakwater ca 14000µS
· Gedestilleerd water 1mS
· osmose water 20-60mS
· Regenwater 60mS -30mS
· Waddenzee ca 25000 µS
· Noordzee ca 40000 µS
· Zeewater 54 mS/cm = 54000mS/cm
· Rio Negro 8mS
· Amazone gebied (gemiddeld) 8-70mS
· Tanganyikameer 600mS
• Drinkwater Antwerpen(AWW) μS/cm-20° 510mS
Richtlijnen Osmosewater:
Meetwaarde Kwaliteitsaanduiding Toepassing
lager dan 40 µS Zeer goede kwaliteit Osmosewater Alle toepassingen
40 - 50 µS Goede kwaliteit Osmosewater Alle toepassingen
50 - 60 µS Normale kwaliteit Osmosewater Alleen bruikbaar voor zoetwater
60 - 80 µS
Matig tot slechte kwaliteit Osmosewater
Alleen bruikbaar voor gezelschapsaquaria en hard water
· Zuiver water met een pH van 4 ca. 40 µS
· Zuiver water met een pH van 3 ca 400 µS
· 1DH ca 50 µS
Voorbeelden van geleidbaarheid:
· Gezelschapsaquarium : 200-1000 µS
· Brakwater ca 14000µS
· Gedestilleerd water 1mS
· osmose water 20-60mS
· Regenwater 60mS -30mS
· Waddenzee ca 25000 µS
· Noordzee ca 40000 µS
· Zeewater 54 mS/cm = 54000mS/cm
· Rio Negro 8mS
· Amazone gebied (gemiddeld) 8-70mS
· Tanganyikameer 600mS
• Drinkwater Antwerpen(AWW) μS/cm-20° 510mS
Richtlijnen Osmosewater:
Meetwaarde Kwaliteitsaanduiding Toepassing
lager dan 40 µS Zeer goede kwaliteit Osmosewater Alle toepassingen
40 - 50 µS Goede kwaliteit Osmosewater Alle toepassingen
50 - 60 µS Normale kwaliteit Osmosewater Alleen bruikbaar voor zoetwater
60 - 80 µS
Matig tot slechte kwaliteit Osmosewater
Alleen bruikbaar voor gezelschapsaquaria en hard water
100 µS en hoger
Membraan is stuk of het apparaat is onbruikbaar geworden of niet goed doorgespoeld (lange tijd niet gebruikt)
Onbruikbaar
Membraan is stuk of het apparaat is onbruikbaar geworden of niet goed doorgespoeld (lange tijd niet gebruikt)
Onbruikbaar
Geen opmerkingen:
Een reactie posten